Het salopetjurkje met bijhorend patroon en uitleg is dan ook de uitkomst van de combinatie Mevrouw-Vriendin op dat slagveld. (Andere slagvelden kunnen op aanvraag eventueel later nog aan bod komen, net als methode 2 van de tailleband ietsje verderop).
1.
Benodigdheden:
a.
+- 50 cm stof
b.
+- 3m biaislint
c.
23 cm elastiek van maximum 1,5 cm breed
d.
2 knopen
2.
Knip
volgende patroondelen uit stof
a.
Rokgedeelte:
2 keer op dubbelgevouwen stof (druk foto af op 100%)
b.
Tailleband rok: 58 cm x 8 cm
c.
Voorste deeltje van de salopet: 15 cm x 15 cm: 2 keer
d.
Ruglinten: 4 cm x 40 cm: 4 keer
3.
Stik het voorpand en het achterpand van het rokdeel met de zijnaden aan elkaar.
4.
Vouw de tailleband
in de lengte dubbel met goede kanten op elkaar en naai aan de zijkant toe. Let
op: laat een opening van 1,5 cm in de naad (‘het gaatje in het naadje’), hier
moet later je elastiek door.
5.
Tailleband
aan het rokgedeelte zetten. Hiervoor zijn twee methodes:
a.
Methode
1: Eenvoudigste, maar iets minder professioneel afgewerkte methode – De
favoriet van Mevrouw.
Vouw
de tailleband (die nu een cirkel is geworden) dubbel met de slechte kanten op
elkaar. Leg de tailleband rond je rok, met de goede kanten op elkaar en stik aan elkaar. Let op dat het ‘gaatje in
het naadje’ van de tailleband aan de binnenkant zit (dus je kan het zien als je
aan het naaien bent).
Daarna kan je de binnenkant beter afwerken door de naden van
de tailleband en het rokgedeelte samen te overlocken of te zigzaggen
en om daarna
nog eens met een rechte steek door te stikken aan de goede kant van je rok (plooi
de naden naar boven en stik op de tailleband door, topstitch als het ware).
b.
Methode
2: Best afgewerkte, maar iets moeilijkere methode – Kan frustratie veroorzaken
in de laatste stap van deze methode, volgens Mevrouw. Wie hiervan foto’s wil zal
dan ook nog even moeten wachten.
Leg de tailleband (die nu een cirkel is geworden) rond je rok, met de
goede kanten op elkaar en naai vast. Let op dat het ‘gaatje in het naadje’ aan de ‘onderkant’ zit:
wanneer je de tailleband toevouwt komt die dan aan de binnenkant terecht. Vouw
de buitenste kant (die ‘onderkant’) van de tailleband een centimeter naar
binnen (en strijk eventueel). Vouw de volledige tailleband dan dubbel en de
helft ervan naar binnen. Speld langs de
buitenkant opnieuw op het rokdeel en stik vast. De binnenkant van je rok is nu
al ineens proper afgewerkt.
6.
Prop je elastiek
in je tailleband. Omdat we maar één opening hebben gelaten en we de elastiek
enkel aan het achterpand willen hebben, gebruiken we een truukje. Je maakt je
elastiek vast aan een veiligheidsspeld, en je begint je elastiek door het
gaatje te moffelen. Je vertrekt langs het voorpand en je trekt het ineens een
heel stuk door. Wanneer het laatste stukje van je elastiek terecht is gekomen
aan de volgende naad, dan stik je het vast. Daarna kan je je elastiek verder
doormoffelen tot je terug aan het gaatje in het (eerste) naadje bent en ook
daar stik je de elastiek vast. Akkoord, die twee kleine stiksel zijn zichtbaar,
maar wie doet daar nu moeilijk over?
7.
Werk de zoom van het rokdeel af met biaislint.
8.
Speld de twee vierkante lapjes stof
met de slechte kanten op elkaar en werk rondom rond af met biaislint. Het
mooiste resultaat krijg je als je eerst de zijkanten ‘bjeet’ en dan pas de
boven- en onderkant.
9.
Stik dit vierkante lapje op het rokgedeelte.
Speld het vast net onderaan de tailleband, in het midden van het voorpand van
het rokgedeelte. Stik vast op dezelfde stiklijn als je biaislint, dan valt je
stiksel het minst op. Je kan er ook voor kiezen om het vierkante lapje achter
je rokgedeelte vast te stikken.
Tip van
Mevrouw: Je hoeft geen vierkant lapje te knippen, het kan ook een cirkel,
hartje of koffiepotje zijn, zolang het maar ongeveer 15 cm hoog komt en bovenaan ongeveer 15 cm breed is.
10. De
ruglinten: leg telkens twee linten
met de slechte kanten op elkaar en werk rondom rond af met biaislint.
Speld en
stik de linten vast aan de binnenkant van de tailleband op het achterste
rokgedeelte, startend ongeveer 6 cm van de zijnaad (gelijk met de buitenkanten
van jouw vierkant lapje aan het voorpand.
11. Naai
twee knoopsgaten in het vierkante
lapje, op 1 cm van de bovenkant en op 1 cm van de zijkant. (Grootte van het
knoopsgat = doorsnede van de knoop + dikte van de knoop.)
12. Het
is zover: haal je dochter, kleindochter, nichtje, buurmeisje of ander
feestvarken uit haar bed en pas het salopetjurkje! Kruis de ruglinten en meet
waar de knopen moeten komen opdat de linten niet zouden afzakken. Doe het
kleedje met veel spijt in je hart alweer terug uit en naai de knopen op de juiste plek op de
ruglinten aan. (Het bewuste meisje was nog niet wakker, dus de laatste foto is nog knoop-loos.)
13. Doe
het kleedje snel terug aan en zeg wel 1000 keer dat ze daar toch echt wel heel schoon mee is.